Nederland staat wereldwijd bekend om zijn poldermodel. Dan gaat het niet om het prachtige polderlandschap van grasstroken afgewisseld met slootjes, dat door ruilverkaveling tot stand gekomen is, en vaak vergezeld van een molen op koekblikken en andere merchandise prijkt. Nee, wij Nederlanders staan bekend als het beste jongetje van de klas in de democratieles. Iedereen mag overal iets van vinden. Polderen, noemen we dat.
De afgelopen jaren zijn organisaties geconfronteerd met een nieuw fenomeen; althans, hetzelfde fenomeen in een nieuw jasje. Door middel van stakeholderonderzoek wordt de belangrijkste belanghebbenden gevraagd een organisatie te beoordelen, om op basis hiervan de bedrijfsvoering te verbeteren. Maar voor verschillende organisaties geldt een aantal steekhoudende argumenten om niet aan deze trend mee te doen.
‘We doen het al jaren zo’
Veel organisaties die in de afgelopen decennia opgericht zijn, hebben een duidelijk bestaansrecht. Of het nu gaat om een museum, een IT-bedrijf of een bank, er was ooit vraag naar een bepaalde dienstverlening en die is door de jaren heen nooit veranderd. En dat er ondertussen een digitale revolutie heeft plaatsgevonden neemt niet weg dat er een bepaalde behoefte door de organisatie wordt ingevuld.
Het gaat dus goed zoals het gaat. ‘Ook medewerkers binnen de organisatie zijn heel tevreden. Over het algemeen zijn ze bij de organisatie gekomen vanwege een inhoudelijke en intrinsieke motivatie en zijn ze blij in de sector te mogen werken. En het jaarlijkse uitstapje naar de Efteling is iets waar al lang van tevoren naar uitgekeken wordt en daarna nog lang over wordt nagepraat. Een doeltreffende manier om de motivatie hoog te houden. Eigenlijk is er helemaal geen reden om te veranderen. We doen het al jaren zo, en met succes!‘
‘We weten precies waar het mis gaat’
‘Natuurlijk, waar gehakt wordt vallen spaanders. In iedere organisatie gaan zaken mis, hoe goed iedereen het ook bedoelt. Klanten worden niet altijd even vriendelijk te woord gestaan, maar goed, we vragen mensen dan ook niet tijdens een sollicitatieprocedure of ze een ochtend- of een avondmens zijn. En daarbij komt, klanten kunnen ook wel heel erg lastig zijn. Waar ze soms het lef vandaan halen…?! Ze komen met de meest uitgebreide verzoeken, en dat nèt voor sluitingstijd.’
‘En toegegeven, af en toe hebben we niet alle informatie of producten beschikbaar. Vaak ligt dat niet aan onze organisatie, maar aan de leveranciers waar we mee werken. Die zouden er echt eens over na moeten denken om hun organisatie te stroomlijnen en hun aanbod beter af te stemmen op de wens van hun klant. Ik heb zo al een aantal ideeën hoe ze met gemak hun klanttevredenheid kunnen verhogen en hun omzet kunnen verdubbelen.’
‘We hebben het al druk zat’
U begrijpt, hierboven steken we enigszins de draak met in basis ongetwijfeld goede argumenten om de bedrijfsvoering van uw organisatie ongewijzigd te laten. Tegelijkertijd ziet u natuurlijk ook het belang in van een goede relatie met klanten, prospects, leveranciers en andere partners.
Zeker één keer per jaar voert u een gesprek met leveranciers waarin meningsverschillen worden uitgepraat en de wederzijdse belofte wordt uitgesproken om het voortaan beter te doen. ‘En houden ze zich niet aan de gemaakte afspraken dan stappen we gewoon over op een andere leverancier. En dat weten ze, dus dat motiveert ze hun best te doen. Maar klanten en prospects vragen wat ze precies van ons verwachten? Dan komen ze vast met zaken die we al lang weten en nu toch niet direct kunnen oplossen. Kom, we hebben het al druk zat.’
Al met al een hoop redenen om niet met de Barn van gedachten te wisselen. Heeft dit artikel u echter toch aan het denken gezet, bel dan gerust voor een afspraak!
